Beschrijving
Aangeboden wordt een type plaat van een wagon uit 1941 ( zeldzaam ! ) Afm. 14.7 x 7.3 cm. ;
De geschiedenis van het bedrijf gaat terug tot 1769, toen de gezel-kopersmid Franz Ringhoffer naar Praag kwam en een werkplaats oprichtte waarin hij brouwpannen en vaten voor brouwerijen maakte. Zijn zoon Joseph Ringhoffer verwierf een watermolen en kreeg in 1832 een fabricagevergunning voor de productie van koper- en messingproducten.
Josefs oudste zoon, Franz Ringhoffer, bouwde in 1852 een wagenfabriek in de Nieuwe Stad van Praag. In 1873 zijn zoon Frans III. Freiherr von Ringhoffer en zijn broers richtten het bedrijf op. Het groeide uit tot een van de grootste industriële bedrijven in Oostenrijk-Hongarije.
In 1909 nam zijn oudste zoon Franz Freiherr von Ringhoffer IV het bedrijf over en zette het om in een naamloze vennootschap. Na de Eerste Wereldoorlog verwierf zijn broer Hans geleidelijk aandelen in alle grote wagenfabrikanten. Onder andere aandelen in de vorige Nesseldorfer Wagenbau, die hij vanaf 1923 omdoopte tot Tatra-Werke.
In 1935 fuseerde de Ringhoffer-fabriek met de Tatra-Werke AG en kreeg de nieuwe naam Ringhoffer-Tatra-Werke AG. Pas dan weten we dat het bedrijf ook ploegen produceerde.
In 1939 werd het bedrijf Bächer, eigendom van Joden, in het bedrijf geïntegreerd. Na de Tweede Wereldoorlog in 1946 werd Hans Ringhoffer onteigend en werd het bedrijf genationaliseerd.
The history of the company dates back to 1769, when the journeyman coppersmith Franz Ringhoffer came to Prague and set up a workshop in which he made brewing pans and vessels for breweries. His son Joseph Ringhoffer acquired a water mill and in 1832 received manufacturing authorization to produce copper and brass goods.
Josef’s eldest son, Franz Ringhoffer, built a wagon factory in Prague’s New Town in 1852. In 1873 his son Franz III. Freiherr von Ringhoffer and his brothers founded the company. It grew into one of the largest industrial companies in Austria-Hungary.
In 1909 his eldest son Franz Freiherr von Ringhoffer IV took over the company and converted it into a public limited company. After the First World War, his brother Hans gradually acquired shares in all major wagon manufacturers. Among other things, shares in the previous Nesseldorfer Wagenbau, which he renamed Tatra-Werke from 1923.
In 1935 the Ringhoffer works merged with the Tatra-Werke AG and received the new name Ringhoffer-Tatra-Werke AG. Only then do we know that the company also produced ploughs.
In 1939, the Bächer company, owned by Jews, was integrated into the company. After World War II in 1946, Hans Ringhoffer was expropriated and the company was nationalized.
Die Geschichte des Unternehmens hat seine Anfänge bereits 1769, als der Kupferschmiedgeselle Franz Ringhoffer nach Prag kam und sich eine Werkstatt errichtete, in der er Braupfannen und Gefäße für Brauereien herstellte. Sein Sohn Joseph Ringhoffer erwarb eine Wassermühle und erhielt 1832 Fabrikationsbefugnis zur Erzeugung von Kupfer- und Messingwaren.
Josefs ältester Sohn Franz Ringhoffer baute 1852 eine Waggonfabrik in der Prager Neustadt. 1873 übernahm sein Sohn Franz III. Freiherr von Ringhoffer mit seinen Brüdern das Unternehmen. Es wuchs zu einem der größten Industrieunternehmen in Österreich-Ungarn.
1909 übernahm sein ältester Sohn Franz Freiherr von Ringhoffer der IV. das Unternehmen und wandelte diese in eine Aktiengesellschaft um. Dessen Bruder Hans erwarb nach dem Ersten Weltkrieg nach und nach Aktien aller größeren Waggonhersteller. Unter anderem auch Aktien der bisherigen Nesseldorfer Wagenbau, welche er ab 1923 umfirmierte in Tatra-Werke.
Im Jahr 1935 fusionierten die Ringhoffer Werke mit der Tatra-Werke AG und erhielt den neuen Namen Ringhoffer-Tatra-Werke AG. Erst ab dann ist uns bekannt, dass das Unternehmen auch Pflüge produzierte.
Im Jahr 1939 wurde die Firma Bächer, dessen Besitzer Juden waren, in das Unternehmen integriert. Nach dem Zweiten Weltkrieg im Jahr 1946 wurde Hans Ringhoffer enteignet und das Unternehmen wurde verstaatlicht.
